Boomstructuur
De bewindvoering eindigt op de dag waarop de beschermde persoon overlijdt. De opdracht van de bewindvoerder stopt automatisch.
Binnen een maand na het overlijden moet de bewindvoerder bij de vrederechter een eindverslag indienen. Hij moet zijn beheer verantwoorden en alles beschrijven wat hij gedaan heefttussen zijn vorig verslag en de datum van overlijden.
Het afsluitende verslag heeft vooral de bedoeling om zicht te krijgen op het vermogen van de persoon op het ogenblik van zijn overlijden. Op die manier kunnen de erfgenamen weten hoe groot de erfenis is en wat erin zit.
De bewindvoerder voegt normaal aan dat verslag zijn eindafrekening van zijn kosten en ereloon toe. De vrederechter moet die afrekening goedkeuren.
De bewindvoerder dient dient het eindverslag en zijn kosten en ereloon online in via de website van het Centraal Register van Beschermde Peronen (CBRP).
Als er geen erfgenamen zijn of ze niet gevonden worden, kan de bewindvoerder aan de vrederechter vragen om zijnopdracht met 6 maanden te verlengen.
In die periode blijft zijn opdracht beperkt tot:
- de betaling van bepaalde schulden, zoals de begrafeniskosten, de kosten van de laatste ziekte en de verblijfskosten in een woonzorgcentrum;
- het teruggeven van de huurwoning van de beschermde persoon en het vrijmaken van de waarborg;
- het aanvragen van een curator over de onbeheerde nalatenschap aan de vrederechter of aan de familierechter.
Je vindt meer info:
De volledige inhoud van deze fiche is enkel toegankelijk voor leden van HelderRecht.
Om toegang te krijgen: